Totale uitverkoop: -50% op alles | OP = OP

Search
Close this search box.

Zo laat je een baby boeren: top 10 baby-boertips

Als je een baby hebt dat gevoelig is aan krampjes, weet je hoe het is om urenlang door de kamer te lopen terwijl je probeert te kalmeren met die kleine huilbundel die over je schouder is gedrapeerd.

De kinderarts zal je vertellen dat je kind een boertje moet laten. Dus je klopt je pasgeboren wat op het rugje en je probeert alles om het boertje dat voor opluchting zal zorgen op te wekken. Maar wat moet je als ouder doen wanneer de baby niet boert?

Lees verder om meer te leren over het oprispen van een boertje bij je baby.

Waarom boeren baby’s?

De beste analogie voor oprisping is om het te vergelijken met een blikje frisdrank met koolstofdioxide opgesloten aan de bodem. Om de bubbels uit het blikje te laten ontsnappen, moet je op het blik tikken totdat het “bruisen” door de geopende sleuf gaat. Zo gaat het ook bij een baby. Want een baby slikt lucht in terwijl ze drinken, waar het in hun maag verstrikt raakt.

Waarom moeten we baby’s helpen boeren?

Omdat baby’s een onderontwikkelde sluitspier in hun slokdarm hebben, stopt het hen om zelf de lucht op te blazen. Als iemand het niet voor hen doet, gaat het gas de darmen in, waardoor buikpijn ontstaat. Je moet een baby helpen boeren tijdens, of na, elke maaltijd om die lucht vrij te maken.

Hoe laat je een baby boeren: 13 manieren om succesvol boertjes op te wekken

Het boeren is voor het grootste deel eenvoudig. Plaats de baby in een rechtopstaande positie, zoals over je schouder, of liggend op je schoot terwijl je zachtjes wrijft of tegen hun rug klop. Niet alle baby’s boeren als je dit doet. Als je baby niet boert, wacht dan een paar minuten en probeer het dan opnieuw. Als uw kind rusteloos is en al het andere faalt, zijn hier 13 manieren om uw baby te laten boeren:

1. Over de schouder: plaats je baby met de bovenbuik tegen je sleutelbeen. Oefen een lichte druk uit met je sleutelbeen terwijl je een schouderklopje geeft, of gebruik de muis van je hand om cirkels op hun rug te wrijven.
   
2. Over de schoot: plaats je baby op je schoot en oefen lichte druk uit en dep met de rug van je hand of wrijf cirkels met je vrije hand terwijl je de hiel van jouw hand onder hun ribbenkast legt.

3. Over de arm: leg je baby over je arm en klop zachtjes op de rug terwijl je door de kamer loopt.
   
4. Over de hand: plaats de baby op je schoot en leg de hiel van je hand tegen de buik, met de kin van je kleintje op de top van je hand. Leun je baby naar voren en aai op het rugje.
   
5. Over de knie: plaats je baby met z’n buik over je knie en dep zachtjes op hun rug.
   
6. Knie tot borst: Buig de knieën van je baby tegen de borst en wrijf of dep hun rug.
   
7. Grootmoeders boer: plaats de baby op je schoot met de hak van één hand in hun maag gedrukt en je vingers aan beide kanten van hun kin om het hoofd van de baby te ondersteunen. Laat je duim en wijsvinger op de rug van de baby lopen.
   
8. De ‘old-school’ boer: Houd de baby in je schoot en buig ze een beetje naar voren in de taille. Terwijl je de rug van je baby aait of wrijft, draai je langzaam en voorzichtig hun lichaam heen en weer vanaf de taille. Doe dit in elke richting: voorkant, achterkant en zijkanten.
   
9. Dans de boer uit: houd de baby veilig tussen je twee handen, in een zittende positie op je knie, rock de bovenste helft van het lichaam van je baby voorzichtig van links naar rechts en terug, in een ritmische, repetitieve beweging. Buig zachtjes je knie terwijl je dit doet.
   
10. Stuiter de boer uit: deze oprispingsmethode werkt het best met behulp van een oefenbal. Houd je baby dicht bij je borst, met één hand op hun rug en de andere hand om de nek en het hoofd van de baby te ondersteunen. Ga dan veilig op je oefenbal zitten en stuit zacht op en neer.
   
11. Masseer de boer uit: leg de baby op de maag met zijn hoofd schuin naar een kant op een lichte helling. Plaats zachte druk op de ruggengraat van de baby en schuif voorzichtig een hand over de rug van je baby totdat je de schouderbladen bereikt. Plaats je andere hand aan de basis van de wervelkolom van je baby terwijl je masseert.
   
12. Fietsen: beweeg de beentjes van je baby voorzichtig naar hun borst, zoals een fiets, terwijl ze op hun rug liggen.
   
13. Dragen: leg de baby rechtop tegen je borst en draag hem of haar in een draagdoek totdat de lucht naar boven komt. Je kunt je boodschappen doen of tegelijkertijd rondlopen – het ritmische stuiteren kan het gas helpen ontsnappen.

Heb je zelf nog tips, deel ze dan zeker met ons!

Scroll to Top